Zwemwater op recreatiebedrijven: er gaat veel veranderen en met grote gevolgen!
Zwemwater is op veel recreatiebedrijven een onmisbaar onderdeel van de vakantiebeleving. Per 1 januari 2024 is echter de nieuwe Omgevingswet van kracht, waarmee de WHVBZ en BHVBZ worden vervangen door het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Deze verandering gaat gepaard met aangescherpte eisen en richtlijnen. 2024 wordt gezien als overgangsjaar, waarna vanaf 1 januari 2025 de nieuwe regelgeving volledig wordt gehandhaafd. Dit kan grote gevolgen hebben voor zwemvoorzieningen op jouw recreatiebedrijf. We gaan hier dieper op in.
Wat houdt het Bal in?
Het Bal bevat regelgeving voor activiteiten die onder andere betrekking hebben op milieu en natuur. Zwemwater valt onder de activiteit ‘gelegenheid bieden tot zwemmen en baden’ in een zogenaamd badwaterbassin. Dit betekent een bassin met een waterkerende constructie, dat is bedoeld om water vast te houden voor zwem- of badactiviteiten. Natuurlijk zwemwater, zoals een meer of vijver, valt hier niet onder.
Er worden vier typen bassins onderscheiden:
- Badwaterbassins waarin water wordt gedesinfecteerd.
- Zwemvijvers met biologische waterzuivering.
- Badwaterbassins voor eenmalig gebruik.
- Overige badwaterbassins.
De nieuwe regelgeving richt zich op het voorkomen van verdrinking, het beschermen van de gezondheid van de gebruikers en het voorkomen van ongelukken in en rond het bassin. Als beheerder (uitbater) van een zwemgelegenheid rust de zorgplicht op het voorkomen van nadelige gevolgen van het gebruik of het buiten gebruik stellen van het bad wanneer dit niet mogelijk is.
Verplichtingen en eisen voor beheerders
Beheerders moeten zorgen dat zwemgelegenheden veilig zijn voor de gezondheid van bezoekers. Dit betekent:
- Ruimtes die met blote voeten worden betreden en het bassin zelf moeten veilig zijn. Een risicoanalyse en beheersplan zijn verplicht en een logboek moet worden bijgehouden.
- Het water van het bassin moet voldoen aan strenge eisen voor waterkwaliteit, met specifieke meetmethoden en bemonsteringseisen. Deze eisen zijn aangescherpt ten opzichte van de oude regelgeving en kunnen daarom grote gevolgen hebben voor het gebruik en beheer van het zwembad.
- De luchtkwaliteit in afgesloten ruimtes rondom het bassin moet veilig zijn. Hiervoor gelden nieuwe eisen voor bemonstering en monitoring van de luchtkwaliteit.
- De meetresultaten van het water en de luchtkwaliteit moeten overzichtelijk worden geregistreerd, zodat deze altijd gepresenteerd kunnen worden bij controles.
Belangrijke veranderingen en gevolgen
De nieuwe regelgeving is een feit. En waarschijnlijk zorgt je meetlaboratorium al voor de juiste meetgegevens. Maar in de praktijk zien we een aantal gevolgen steeds zichtbaarder worden. We gaan hier dieper op in:
Strengere meetwaarden
Vanaf 2024 gelden strengere normen voor de waterkwaliteit. De bandbreedte voor chloor (vrij en gebonden) is verkleind en er zijn nieuwe meetwaarden bijgekomen, zoals voor Chloraat. Dit afbraakproduct van vrij chloor heeft een toxische invloed op de zuurstofopname van rode bloedcellen. Dit proces versnelt onder invloed van warmte en UV-licht, wat de zorg voor waterbeheer complexer maakt.
Experts adviseren om zwemwater vaker te spoelen en aan te vullen, maar dit brengt hogere kosten met zich mee. Dit heeft te maken met het feit dat verwarmd water wordt weggespoeld en schoon water moet worden opgewarmd en behandeld. Een andere maatregel is om chloorvoorraden te verkleinen en frequenter aan te vullen om problemen te voorkomen. Dit vraagt extra logistieke aandacht: niet teveel chloor op voorraad houden en op tijd aanvullen. Tevens vraagt deze methode ook extra kosten voor transport.
De strengere meetwaarden zullen namelijk leiden tot hogere kosten voor het beheer en onderhoud van zwembassins. Actieve en nauwkeurige monitoring van de meetwaarden wordt essentieel. Als dit niet goed gebeurt, zullen de uitgaven voor wateraanvoer, -afvoer en -behandeling aanzienlijk stijgen
Binnenbad versus buitenbad
De WHVBZ en BHVBZ maakten onderscheid tussen binnen- en buitenbaden. Voor buitenbaden golden geen eisen voor de luchtkwaliteit en de waterkwaliteitseisen waren soepeler dan die voor binnenbaden. Hierdoor zijn er de afgelopen decennia veel zwembadoverkappingen gebouwd, waarbij een semi-binnenbad viel onder de regels voor buitenbaden.
Met de invoering van het Bal verdwijnt dit onderscheid. Ook buitenbaden moeten nu aan dezelfde waterkwaliteitsnormen voldoen als binnenbaden. Daarnaast gelden de luchtkwaliteitseisen ook voor zwembadoverkappingen. Dit kan grote gevolgen hebben voor buitenbaden die volgens de oude regels zijn gebouwd. Om aan de nieuwe eisen te voldoen moet de luchtverversing bij overkapte buitenbaden flink omhoog, wat kan leiden tot meer energieverbruik en hogere exploitatiekosten.
Het zwembad van de toekomst
Met de nieuwe wetgeving wordt het exploiteren van een overdekt zwembad een complexer en risicovoller onderdeel van je bedrijfsconcept. Waar zwembaden eerder als extra service konden worden gezien, vraagt de exploitatie ervan nu om een strategische benadering. Het zwembad moet als een volwaardige businessunit worden beheerd, zoals je dat ook zou doen met bijvoorbeeld horeca.
Het continu monitoren van water- en luchtkwaliteit is cruciaal om tijdig in te spelen op externe veranderingen en om problemen te voorkomen. Dit vraagt om een actieve houding en gedetailleerde kennis van de werking van het zwembad.
Wil je voorkomen dat je voor onaangename verrassingen komt te staan? Dan is het nu tijd om in actie te komen en de nodige aanpassingen door te voeren. De experts van FACET staan startklaar om je te helpen!